TIEL - Op 24 december fusilleren de Duitsers in Tiel vijf mannen als vergeldingsmaatregel voor een verzets-bevrijdingsactie uit het politiebureau, een dag eerder.

Op 21 december 1944 wordt de de woning van de familie Van Elzen aan De Papesteeg 59 in Tiel overvallen door de Duitsers. Het is een ontmoetingsplek van het verzet en op dat moment ook het onderduikadres van een Britse piloot, die met zijn toestel is neergeschoten boven bezet gebied. Het lokale verzet heeft geprobeerd hem de rivier de Waal over te krijgen, naar bevrijd gebied, maar dat is mislukt en daarom moet hij onderduiken bij de familie. De actie wordt verraden en de Sicherheitsdienst valt de woning van de familie Van Elzen binnen. De vrouw des huizes, die op dat moment zwanger is van haar vierde kindje, wordt gearresteerd en opgesloten in het Tielse politiebureau aan Het Bleekveld. Het verzet besluit haar te bevrijden omdat ze teveel weet en men bang is dat ze zal doorslaan tijdens verhoren. Op 23 december weten drie verzetsmannen haar uit de gevangenis te bevrijden, maar de Duitsers zijn woedend en nemen vergeldingsmaatregelen. 

Koelbloedige executie

Commandant Oberst Dewald reageert woedend. Hij geeft bevel om twintig willekeurige grote gebouwen in brand te steken, geheel Tiel te ontruimen en honderd willekeurige Tielenaren te fusilleren. En als het nodig is, dan heeft de de lokale commandant zelfs toestemming om maar liefst vijfhonderd mannen te executeren. Zelfs NSB-burgemeester Beekman ziet de absurditeit van deze opdracht in en weet de maatregelen grotendeels terug te draaien. 

In de nacht van 23 op 24 december 1944 nemen de Duitsers vijf mannen uit Tiel gevangen. Ze verkondigen dat de gijzelaars zullen worden gefusilleerd als de daders van de bevrijdingsactie zich de volgende dag niet voor 12.00 uur melden. Het verzet denkt dat het zo'n vaart niet zal lopen en de daders melden zich niet. Dat is een misrekening, zo blijkt, want de volgende dag, op 24 december om 12.30 uur, zetten de Duitsers vijf mannen tegen de binnenmuur van de gevangenis in Tiel en schieten ze in koelen bloede dood:  W. van den Bogaard, J.J. Daalderop, I. Dasberg, N.A. Oostinga, C. Weyman, ze overleven het allemaal niet.

In een anoniem gemeenteverslag staat te lezen: “Diep medelijden met de slachtoffers en met hun nabestaanden vervulden ieders hart, in het bijzonder dat van hen die meer van deze zaak afwisten. Evenwel zij konden niet anders handelen: het was waarschijnlijk de laatste dag, dat het nog kon en moest. Ondanks de ernstige gevolgen werd dan ook goedkeuring van de hogergeplaatste personen op deze zaak verkregen. De slachtoffers zijn in Zoelen begraven.”

Drie van de vijf mannen liggen nog steeds begraven in Zoelen. Van den Bogaard is na de oorlog herbegraven in Tiel en Oostinga in Breskens.